Blogopmaak

‘Deze hel is alleen heden. Er is geen verleden en geen toekomst; dat



weet iedereen in zijn hart’





Bespreking van 'De nacht der girondijnen'  van J. Presser door T.P. (leerling 5 vwo Eligant Lyceum Zutphen)


De nacht der Girondijnen is een oorlogsroman geschreven in 1957 door Jacob (Jacques) Presser. Presser is geboren op 24 februari 1899 en is overleden op 30 april 1970. Presser pleitte voor meer aandacht voor persoonlijke gebeurtenissen in de literatuur (Wikipedia-bijdragers, 2024). De titel van deze roman verwijst naar de Franse revolutie, waarin de Girondijnen een gematigde linkse politieke stroming waren. De Girondijnen hielden in de revolutie voor een korte tijd de macht in Frankrijk tot de Jakobijnen de macht grepen. Een groep Girondijnen werd hierna onthoofd en de titel verwijst naar hun laatste nacht (Visser, 2023). De titel is een metafoor voor de vervoering van Joden naar concentratiekampen zoals kamp Westerbork. De nacht der Girondijnen vertelt het verhaal van Jacques Suasso Henriques, een Joodse geschiedenisleraar die in het boek een omkeer maakt van antisemiet naar Jood. Na de inval van Duitsland heeft hij een baan aangenomen in Westerbork, waar hij de lijst van Joden op moet stellen die op de trein naar andere kampen worden vervoerd. Het boek is een deels waargebeurd verhaal, maar er zijn ook enkele details verzonnen. Jacques was net als Presser een geschiedenisleraar, maar koos in tegenstelling tot Presser het pad van samenwerking met de Duitsers. De Nederlandse literatuur van de twintigste eeuw kan worden opgedeeld in twee groepen: de boeken geschreven voor de Tweede Wereldoorlog en de boeken die na de Tweede Wereldoorlog zijn geschreven. De boeken die na de Tweede Wereldoorlog zijn geschreven blikken vaak terug op de oorlog, waarin niet alleen de gebeurtenissen centraal staan, maar ook de trauma en crisis die heerste tijdens en na de oorlog. Vaak zijn de boeken van na de Tweede Wereldoorlog ook erg cynisch geschreven. De vraag is nu: ‘in hoeverre is De nacht der Girondijnen een voorbeeld van de literatuur in de twintigste eeuw?’


Een duidelijk voorbeeld van literatuur uit de twintigste eeuw zijn de verhalen over de Tweede Wereldoorlog. Nederland is onomkeerbaar veranderd door de oorlog en dit is te merken in de naoorlogse literatuur. De literatuur voor de oorlog richtte zich vaak op onderwerpen als nationale identiteit, het alledaagse leven, de romantiek en sociale kwesties, maar na de oorlog veranderden de normale onderwerpen naar onderwerpen zoals oorlogstrauma, de holocaust en de naoorlogse opbouw (De Roman Na de Tweede Wereldoorlog, z.d.-b). De nacht der Girondijnen is dus een duidelijk voorbeeld van de Nederlandse literatuur na de oorlog, omdat, het boek het verhaal vertelt van Jacques, een vrijwilliger in kamp Westerbork voor zijn eigen veiligheid. Hij moet de lijst van namen opstellen die op de trein naar andere kampen gaan. In dit citaat wordt het leven in kamp Westerbork beschreven:


‘Deze hel is alleen heden. Er is geen verleden en geen toekomst; dat weet iedereen in zijn hart. Het verleden is dood: adjectief. De toekomst is dood: substantief. Tussen die twee ligt hier en nu de smalle waterscheiding: leven. En dat leven bestaat uit de jacht op een schoenveter, uit de ruzie om een plaatsje bij de kachel, uit de vluchtige, naturalwirtschaftliche ontmoeting met een vrouw, uit ondraaglijke eenzaamheid in ondraaglijke volte. Om te stijgen, elke week opnieuw, tot die allerhevigste, die onzegbaar gruwelijke verschrikking van die ene nacht, die nacht vóór het transport: die apocalyptische neerstorting, aldoor weer opnieuw, van honderden mensen in ondergang en dood.’ (De nacht der Girondijnen, 1957, p. 44)


Het citaat begint met de beschrijving ‘deze hel is het heden’ dit wijst op de tegenwoordigheid van het lijden en de ellende in het kamp. Daarna wordt beschreven dat er geen hoop en betekenis is buiten het heden. Het citaat beschrijft hierna het dagelijks leven: de jacht op een schoenveter, de strijd om een plek bij de kachel, de vluchtige ontmoeting en de ondragelijke eenzaamheid te midden van een menigte. Dit alles komt samen in de laatste nacht voor het transport waarin ze worden geconfronteerd met hun lot. De nacht der Girondijnen beeldt Westerbork uit in al zijn gruwelijkheid. Dit past erg goed bij de literatuur van de twintigste eeuw na de oorlog, omdat de holocaust een belangrijk aspect was van de literatuur in die tijd.


Naast de verhalen over hoe de oorlog verliep zijn ook de effecten van de oorlog op de burgers terugkomende aspecten van de naoorlogse literatuur (De Tweede Wereldoorlog in de Literatuur, z.d.-b). Het effect dat de oorlog had op Jacques komt duidelijk terug in De nacht der Girondijnen. Het boek is geschreven in het ik-perspectief en bevat ook de gedachten en gevoelens van Jacques. Het is duidelijk dat Jacques zich erg schuldig voelt over zijn daden als lid van de zogenaamde joodse SS. Dit is al helemaal duidelijk in dit citaat: ‘ik voel me nu, nù, wee om mijn maag, als ik aan ons, aan mij, terugdenk.’ (De nacht der Girondijnen, 1957, p. 31). Dit wordt gezegd direct nadat Jacques de joodse SS beschrijft. Hierin is dus duidelijk te zien dat hij spijt heeft van wat hij heeft gedaan. Niet alleen heeft hij spijt van wat hij heeft gedaan, maar ook is er duidelijke ontwikkeling te lezen in zijn geloof. Hij ontmoet namelijk een gevangene genaamd Jeremia Hirsch terwijl hij als spion bezig is voor de zogenaamde ‘ongekroonde koning’ van Westerbork en leider van de joodse SS Siegfried Israël Cohn. Jacques heeft na deze ontmoeting veel eerlijke en diepe gesprekken met Hirsch. Hij ziet Hirsch als een rabbijn en zegt later dat hij door Hirsch meer jood is geworden. Dit is te zien in dit citaat: ‘Niet eens filosemiet voel ik me door de rebbe geworden, hoogstens wat minder antisemiet, maar ongetwijfeld wat meer Jood, al weet de droes ook, wat dat betekent.’ (De nacht der Girondijnen, 1957, p. 52). Het is duidelijk dat de oorlog Jacques heeft veranderd, maar dit wordt het best bevestigd in het op één na laatste hoofdstuk, waarin Jacques Cohn aanvliegt, omdat Cohn een boek van Hirsch wegschopte. Hij wist dat dit het einde van zijn werk in Westerbork zou betekenen, maar desalniettemin deed hij dit. Het vertelt dus niet alleen het verhaal van de oorlog zelf, maar ook hoe de oorlog Jacques heeft aangetast. Jacques begon als een antisemiet die niks met het jodendom had en een baan aan nam in Westerbork om zijn lot als jood te ontvluchten, maar aan het eind van het verhaal bleek dat hij spijt had en dat hij een betere band had gekregen met zijn geloof. Dit alles past goed bij de literatuur van de twintigste eeuw, omdat de psychologische effecten van de oorlog worden weergegeven.


Al met al is De nacht der Girondijnen een goed voorbeeld voor de literatuur van de twintigste eeuw. De manier waarop de oorlog wordt uitgebeeld is niet gebonden tot alleen het beschrijven van de gebeurtenissen, maar ook het tonen van de trauma en psychologische effecten die de oorlog met zich mee heeft gebracht. Dit is te zien aan de beschrijving van het kamp Westerbork en de ontwikkeling van Jacques als jood.





Visser, Y. (2023, 12 april). Girondijnen (brissotins) - Politieke groepering tijdens de Franse Revolutie. Historiek. https://historiek.net/girondijnen-brissotins-politieke-groepering-tijdens-de-franse-revolutie/77835/

J. Presser, De nacht der Girondijnen. Vereeniging ter Bevordering van de Belangen des Boekhandels, z.p. [Amsterdam] 1957

DBNL. (1957). [I], De nacht der Girondijnen, J. Presser - DBNL. https://www.dbnl.org/tekst/pres003nach01_01/pres003nach01_01_0002.php

De Tweede Wereldoorlog in de literatuur. (z.d.). Literatuurgeschiedenis. https://www.literatuurgeschiedenis.org/20e-eeuw/de-tweede-wereldoorlog-in-de-literatuur

De roman na de Tweede Wereldoorlog. (z.d.). Literatuurgeschiedenis. https://www.literatuurgeschiedenis.org/20e-eeuw/de-roman-na-de-tweede-wereldoorlog

Wikipedia-bijdragers. (2024, 13 januari). Jacques Presser. Wikipedia. https://nl.wikipedia.org/wiki/Jacques_Presser


Share by: