'Al ziet men de lui, men kent ze niet'
Bespreking van 'De klucht van de koe' van Bredero door een leerling uit vwo 4 van het Eligant Lyceum

Het toneelstuk De klucht van de koe is geschreven door Gerbrand Adriaenszoon Bredero in 1612 (Wikipedia-bijdragers, 2024). Bredero was een dichter, toneelschrijver en rederijker (Wikipedia-bijdragers, 2024). Hij had vooral succes met zijn toneelstukken over gewone mensen in en om Amsterdam (literatuurgeschiedenis.org, 2024). Met Pieter Hooft en Samuel Coster richtte hij een nieuw toneelzaal en school op: De Nederduytsche Academie. Bredero verwerkte zijn kijk op de maatschappij in zijn werken, met name de bedrieglijkheid van uiterlijke schijn is een veel voorkomend thema. Zijn lijfspreuk is beroemd: “ ’t Kan verkeren”. Dit verwijst naar de wisselvalligheid van het leven en dat niks is wat het lijkt (literatuurgeschiedenis.org, 2024). In het toneelstuk De klucht van de Koe gaat het verhaal over een dief die met mooie kleren en praatjes te vertrouwen lijkt, maar in werkelijkheid steelt hij de beste koe van de boer en weet met zijn gladde praatjes hem ook nog zo ver te krijgen dat de boer de koe voor hem verkoopt. Hieruit blijkt dat niks is wat het lijkt. Is dit toneelstuk van Bredero nog relevant in de huidige tijd?
Allereerst is een belangrijk thema in het werk De klucht van de koe geld en hebzucht. Dit komt naar voren in het volgende citaat:
En zijn het soms ook geen dieven, die kooplui die hun droge specerijen, of hun saffraan die maar weinig weegt, in hun bedompte, vochtige kelders laten staan, zodat het gewicht op het moment van de verkoop flink is toegenomen? En die valse wisselaars dan, die altijd met z’n vieren zijn, en net als ik keurig gekleed onder de mensen gaan, en de een doet net of hij een Fransman is en de ander zijn tolk? Daar zou men eens stevig met een oer-Hollandse dolk op in moeten hakken. En dan de oneerlijke dobbelaars, en de kaartspelers die stiekem hoekjes vouwen in de kaarten, of van die vingervlugge trucjes toepassen. Dat grenst volgens mij ook heel dicht aan zuivere diefstal. En die lui die een spiegel tegen de muur achter hun medespeler te zetten, en dan van onder hun hoed gluren naar wat de ander in zijn hand heeft: vind je dat niet uitgekookt van zulke smeerlappen? En zoals ik al zei: wat doet zo’n verlakker in feite anders dan stelen? En die boekhouwers, jonge en oude, die hun baas bestelen door valse notities te maken, geld te ontvreemden en verkeerd op te tellen? Als ze allemaal bellen om de nek droegen, zou je merken dat de sluwste zich zelfs in de hoogste kringen ophouden. Ja, de brutaalste zijn nu allemaal rijke Heren. Sommige van hen lopen te paraderen op de Beurs, terwijl ze tot voor kort nog heel gewone ambachtslieden waren. Het is wonderlijk hoe lawaaierig en pedant het Amsterdamse volk op straat loopt. Maar als je eens wist hoe sommigen aan die snelle rijkdom gekomen zijn?
Bredero laat hier zien dat er heel veel vormen van diefstal zijn. Voornamelijk uit hebzucht en dat iedereen zo veel mogelijk geld wil verdienen. In onze moderne tijd is dit nog steeds een actueel thema, bijvoorbeeld: bedrijven die belasting proberen te ontduiken, milieuregels te omzeilen en bedrijven die miljardenwinsten maken doordat ze een enorme winstmarge op hun producten hebben.
Een tweede thema uit dit toneelstuk is: niets is wat het lijkt. Ook dit thema kun je als tijdloos beschouwen. Het volgende citaat laat zien dat niets is wat het lijkt:
De gemeste koe, waar wij voor moesten zorgen, is vannacht door een dief uit de stal gestolen. DE BOER Wel godhierengunder! Godnogantoe! Als ik het niet dacht! Ik kan het niet geloven en toch is het gebeurd. Ik verkoop mijn koe, ik breng hem het geld, ik doe het nog met plezier ook! Wie komt ooit op de gedachte dat zo’n brave man een dief zou zijn? Ik verdien het in een half jaar niet meer terug, al keer ik elke duit twee keer om. En ik moet nog lachen ook om de diefstal. Die goocheme bliksem heeft dit vaker gedaan. Het is een gauwdief, die al heel veel geoefend heeft.
Tegenwoordig komen we voorbeelden hiervan tegen op sociale media. Op bijvoorbeeld Instagram worden alleen de mooiste foto’s gedeeld. Ook lijkt het op sociale media alsof iedereen perfect is en het perfecte leven leidt. Maar ook hier geldt het motto: schijn bedriegt! Negatieve gebeurtenissen worden niet of nauwelijks getoond zodat het perfecte plaatje op sociale media in stand blijft.
Een volgende parallel tussen dit werk uit de zeventiende eeuw en onze huidige tijd is goedgelovigheid. Tegenwoordig worden veel mensen opgelicht met phising e-mails, worden bankpassen afhandig gemaakt door criminelen die zich voordoen als bankmedewerkers en worden mensen misleid door whatsapp-berichten zodat het lijkt alsof dierbaren in problemen zijn en ze daardoor grote sommen geld overboeken naar oplichters. In dit werk van Bredero doet de dief zich voor als een betrouwbaar persoon en trapt de boer in de val die door de dief is gezet. De boer is te goedgelovig waardoor hij geen argwaan heeft. Een citaat dat goedgelovigheid laat zien, is:
DE BOER O maar het is wel een mooie gladde koe, heel goed vetgemest, ze heeft volle schouders, het beest ziet er kerngezond uit. Het zit stevig in het vlees, zeg, de kost is hem goed bekomen. Mag ik vragen, man, voor hoeveel heb je haar aangenomen? Ze is zo lekker vet, als ik niet beter wist zou ik zeggen dat het mijn eigen koe is. Ja, ik denk echt dat zij het is. DE GAUWDIEF Mijn beste waard, je vergist je, wat haal je je in je hoofd, beste kerel, schijn bedriegt, er lijken er wel meer op de jouwe. DE BOER Ja maar, wat zal ik zeggen, als je goed naar haar kijkt, zeg ik toch dat zij heel erg lijkt op mijn koe. Maar ik zet het uit mijn hoofd, want ik gaf haar gisterenavond nog te eten. DE GAUWDIEF Gelijk heb je, boer, vergeet het maar.
De boer twijfelt nog wel even aan het verhaal van de dief, maar door de gladde praatjes wordt hij overtuigd en trapt hij in de val.
Als laatste valt op in het werk van Bredero dat hij met humor kritiek levert op de maatschappij. Tegenwoordig kennen we dit soort kritiek op de maatschappij verpakt in humor nog altijd. Cabaretiers Niels van de Laan en Jeroen Woe gebruiken deze stijl in hun tv-programma Even tot Hier. Ook tv-maker Arjen Lübach maakt in zijn tv-programma de Avondshow gebruik van deze stijl. Onlangs gingen Niels van der Laan en Jeroen Woe viral met hun item over de diskwalificatie van Joost Klein op het Eurovisie Songfestival. Arjen Lübach scoorde wereldwijd een enorme hit met zijn video over America first en The Netherlands second. In De klucht van de koe stopt Bredero ook kritiek op de maatschappij, terug te vinden in het volgende citaat:
DE BOER Hè, verdorie man, ik ga niet graag zo moederziel alleen. Hier woont Lange Dirk van Diemen, die rijke boer, hij heeft een klein vat vol rijksdaalders begraven onder zijn vloer. Sjongejonge, hij houdt zoveel van de ronde schijven en hij is zo zuinig, dat ie dood blijft op een luis. Het is zo’n gierige hond, en zo uit de hoogte, als hij over je heenviel, zou hij nóg niet met je praten. Hij gaat met niemand om, dat bleek wel toen Joostsdochter Dibberich, zijn nichtje ziek was en hij haar niet wou helpen. En tegen arme mensen gaat hij zo bitter en straf tekeer, hij denkt dat hij, als hij hen een aalmoes zou geven, totaal geruïneerd is. En daar woont Piet Kwistgoed, die wil met Magere Grietje trouwen, de dochter van Lange Dirk. Wat is dat een onhandige sukkel, een halfzachte weetniks, bedilal, zuurpruim. Máár ze is een écht kind van haar vader: ze lacht te hooi en te gras, dat wil zeggen zowat twee keer per jaar. Als zij Piet krijgt, zorgt hij wel dat hij het brood uit de schimmel hakt. Hij houdt van lekker eten en vrouwen ziet hij graag. Hij zorgt goed voor zijn natje en zijn droogje, en hij leeft van de hand in de tand. Wat Lange Dirk verdient geeft Piet Kwistgoed uit.
Bredero gebruikt types om zijn punt te maken en verpakt zijn kritiek op humoristische wijze. Dat is hetzelfde als wat tegenwoordig nog steeds gebeurt.
Wanneer je kijkt met een hedendaagse visie naar het werk De klucht van de koe van Bredero, dan kun je stellen dat de thema’s in dit werk nog steeds relevant zijn in onze eigen tijd. Bredero heeft een tijdloos werk gemaakt met humor en hij houdt ons een spiegel voor waarin we onze eigen tekortkomingen kunnen zien. Onze zwakheden hebzucht, goedgelovigheid en voorkeur voor schone schijn hebben we nog altijd niet afgeleerd. “ ’t Kan verkeren”.
Bronnen
· Gerbrand Adriaanszoon Bredero. (n.d.). Literatuurgeschiedenis. https://www.literatuurgeschiedenis.org/schrijvers/gerbrand-adriaanszoon-bredero
· Wikipedia-bijdragers. (2024, March 14). Gerbrand Adriaensz. Bredero. Wikipedia. https://nl.wikipedia.org/wiki/Gerbrand_Adriaensz._Bredero